Alle religies spreken over een drank van de onsterfelijkheid, die door de alchemisten het elixer van het onsterfelijk leven werd genoemd. Het is waar dat men dit elixer kan ontdekken op fysiek vlak, maar niet om het even waar; men vindt het enkel in de subtielste en zuiverste gebieden. Als sommige Ingewijden aanraden de zonsopgang bij te wonen, is het omdat juist dit moment van de dag het meest geschikt is om zich te voeden met het ambrozijn dat de zon overal uitdeelt en waarvan heel de schepping, rotsen, planten, dieren en mensen deeltjes opvangen.

Wij moeten allen ons fysieke lichaam voeden; dat is noodzakelijk maar niet voldoende. Wij moeten ook leren onze subtiele lichamen te voeden, en het voedsel van deze lichamen is het licht.

Zie ook ‘De yoga van de voeding’, Izvor 204, hst. 11.