Dagtekst 26 januari 2022

De leerling die geen vertrouwen heeft in zijn Meester, die niet voelt dat alle lessen die hij krijgt, bijdragen tot zijn welzijn, sluit door deze houding voor zichzelf de weg van de evolutie af. Uiteraard zal niet de Meester hem bestraffen, maar het leven. Want in de spirituele wereld bestaan grenzen die men alleen onder bepaalde voorwaarden mag overschrijden.      

De leerling vraagt, of men hem de wetten en de wonderen van de hogere regionen, met de lichtende wezens die er wonen, hun functie en hun werk, openbaart. Dat is goed, maar hoe kunnen de bewoners van die gebieden zich aan hem vertonen, als hij het niet waardig is? Om dit waardig te zijn, moet hij tenminste zijn fouten en gebreken erkennen, opdat hij ze zou kunnen verbeteren.

Zie ook ‘Spirituele Meesters – lichtbakens voor alle tijden’, Izvor 207, hst. VI