Om zijn problemen op te lossen, bezit de mens vanbinnen buitengewoon doeltreffende middelen: de gedachte, de wil, de verbeelding. Maar omdat hij gewend is enkel zijn toevlucht te nemen tot uitwendige middelen, worden deze vermogens uiteraard niet ontwikkeld. Hoeveel mensen zeggen niet: ‘De gedachte, de gedachte..., ik heb geprobeerd, maar ik zie geen enkel resultaat!’ Waarom? Veronderstel dat je met de gedachte een lichamelijke of psychische zwakte wil verhelpen: om deze zwakte te creëren, heb je misschien eeuwen en verschillende levens nodig gehad; hoe kun je dan verwachten dat je deze kwijtraakt door vandaag te beslissen om je gedurende twee of drie minuten te concentreren? Misschien heb je opnieuw eeuwen nodig!                                

Er bestaat rechtvaardigheid in het universum en als men voortdurend fouten is blijven opstapelen, zijn veel tijd en moeite nodig om die te herstellen. In feite is de beste oplossing uiterlijke middelen toe te voegen aan innerlijke middelen, om de zaken te bespoedigen. Maar men moet eerst en vooral werken met de ziel, de geest, de gedachte, en daarna, indien nodig, een fysiek element toevoegen om het proces te ondersteunen.

Zie ook ‘De macht van de gedachte’, Izvor 224