Om de vormen van je innerlijk wezen te veranderen, moet je proberen dichter bij het gebied van het vuur te komen, dat wil zeggen het gebied van de geest, en jezelf door meditatie en gebed bewerken en modelleren. Als je weigert dit werk te doen, zal leed je komen verteren en doen smelten. Want de kosmische Intelligentie aanvaardt niet dat de mens blijft stilstaan.

Wacht dus niet en beslis de macht van het hemels vuur te kennen, te voelen en te bezitten. Probeer de aard ervan te begrijpen, hoe het naar ons toe komt om ons grondig te bewerken en hoe het ons zijn eigenschappen kan overdragen. Men moet erin slagen dat vuur op te nemen, zodat de oude vormen die al in ons versteend zijn, door de warmte smelten en een nieuwe vorm krijgen.

Zie ook ‘Meditatie – scheppend werken met de gedachte, de verbeelding, de natuur, het licht’, reeks Stani nr. 3, deel IV, 10 en 14