Analyseer jezelf en je zult vaststellen, wanneer je verbintenissen moet aangaan of een associatie vormen, dat de sympathie of de antipathie die je voelt tegenover personen, je oordeel overheersen. Het nadenken komt later, wanneer het niet meer gaat of wanneer je ontgoocheld bent; maar dan is het te laat.

Wanneer een man en een vrouw beslissen om zich met elkaar te verbinden, wat drijft hen dan? De sympathie, de aantrekking. Pas daarna komt de redenering, wanneer zij vaststellen dat ze zich vergist hebben. En voor de antipathie is hetzelfde waar: iemand bevalt je niet, je ontwijkt hem of je keert je tegen hem. Daarna ontdek je op een dag, als bij toeval, dat die persoon die volgens jou antipathiek is, kwaliteiten bezit van eerlijkheid, ernst en moed, die ontbreken bij degenen die je toch zo sympathiek vond. Let dus op en vertrouw niet al te veel op je gevoelens van sympathie of antipathie. Vanaf het begin moet het gezond verstand een woordje meespreken.

Zie ook De zaden van het geluk, reeks Izvor nr. 231, hst. II.