Wat een buitengewoon avontuur beleeft de korenaar! Hij wordt gemaaid door de mensen, in bundels(schoven) gebonden, gedorst en naar de molen gebracht om er door de stenen gemalen te worden. Wanneer hij tot bloem verwerkt is, mengt men deze met water, wordt ze lang gekneed en plaatst men het deeg in de oven, waar het door het vuur gebakken wordt. En wanneer het denkt dat de reeks beproevingen haar einde nadert, snijdt het mes het in sneden en zet de mens zijn tanden erin die het beginnen te kauwen.                                      

Een groot onderricht schuilt in het leven van de korenaar en het is goed daarover te mediteren, want de ontwikkeling van de mens zelf verloopt volgens hetzelfde proces. Ontelbare beproevingen bakken en vormen hem tot het ogenblik dat hij, net zoals het graan, klaar is om geofferd te worden voor het heil van de mensheid.

Zie ook De zaden van het geluk, reeks Izvor nr. 231, hst. X.